meeting-plenary
Het uitstel van de miljardeninvestering door ArcelorMittal Het industriebeleid en de beslissing van ArcelorMittal ArcelorMittal Mijnheer de premier, de afgelopen dagen heb ik gesproken met vele arbeiders van ArcelorMittal in Gent. Die mensen zijn bezorgd om de toekomst van hun bedrijf. ArcelorMittal is de parel van de Gentse haven met meer dan 5.000 werknemers, maar het bedrijf heeft zonet een belangrijke miljardeninvestering in nieuwe, groenere infrastructuur on hold gezet. De redenen daarvoor lezen als een spiegel voor de politiek: er is te veel valse concurrentie uit China, er is geen duidelijkheid over de nieuwe Europese spelregels en er zijn te veel vraagtekens rond de industriële strategie op ons continent. Veel mensen bij ons in Zelzate zien wat voor fantastisch werk er op de site wordt geleverd, want ze werken er zelf of ze hebben vrienden of familieleden die er werken. Zij kijken vandaag naar ons, collega’s, en zij stellen zich de vraag of de politiek kan garanderen dat er een toekomst voor de industrie in Vlaanderen is. Laat het duidelijk zijn, dit uitstel mag absoluut niet leiden tot afstel, want de innovatie in de Gentse haven is te belangrijk en ook de CO 2 -impact van dat bedrijf is vandaag te groot. Sommigen hebben altijd beweerd dat, als we er voldoende subsidies inpompen of op een magische knop drukken, de toekomst van de fabrieken in onze regio verankerd is. Maar kijk, vandaag beslist ArcelorMittal om in heel Europa geen nieuwe investeringen meer te doen als het op verduurzaming aankomt. Europa kan niet langer toelaten dat China zwaar vervuilend staal dumpt op onze markt. Onze bedrijven en onze jobs moeten beschermd worden en de welvaart van onze mensen, die dag in dag uit hun stinkende best doen, moet beschermd worden. Mijnheer de eerste minister, u vertolkt ook vandaag nog onze stem in Europa. Zult u erop aandringen om werk te maken van een eerlijk speelveld en zo het harde werk van alle werknemers van ArcelorMittal belonen? Mijnheer de eerste minister, het hing al even in de lucht en deze week kwam spijtig genoeg ook de bevestiging: ArcelorMittal steekt de cruciale plannen om zijn staalfabriek in Gent te vergroenen in de koelkast. Het gaat om een investering van ruim 2 miljard euro, wat het meteen het grootste klimaatproject van de Belgische bedrijfswereld maakt. Dat dat project nu het zwaard van Damocles boven het hoofd hangt, mogen we absoluut niet negeren. Die vergroeningsinvesteringen zijn cruciaal, niet alleen om de werkgelegenheid in de regio te beschermen, maar ook omdat door die investeringen de CO 2 -uitstoot in ons land met minstens 3 % zou dalen. Vlaanderen staat klaar met 600 miljoen euro aan leningen en de federale regering staat klaar om de fabriek tien jaar lang van goedkope stroom te voorzien, maar blijkbaar is dat niet voldoende. Onze fractie kijkt ook naar Europa. Europa moet met de industriële bedrijven naar de tekentafel om een soort green industry deal uit te werken, een deal die ook voor de industrie klopt. Het gaat trouwens niet alleen over de meer dan 5.000 werknemers van ArcelorMittal in Gent, waarnaar mijn collega al verwees, maar ook over 25.000 werknemers die indirect verbonden zijn met dat bedrijf. Die onzekerheid moet worden weggenomen. Een van de grootste werkgevers uit de regio Gent staat op het punt om dat gigantisch klimaatproject zomaar eventjes in de vuilbak te gooien. Dat kunnen we niet laten gebeuren. Mijnheer de premier, welke stappen zult u zetten om ArcelorMittal een eventueel beter kader te geven om die broodnodige investeringen veilig te stellen? Zult u ook aan de Europese Commissie vragen om extra maatregelen te nemen tegen de import van goedkoop staal van buiten de EU en voor een goed investeringsklimaat voor de Europese staalindustrie? Zult u opnieuw overleggen met de collega's van de Vlaamse (…) Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, zullen wij straks groen staal produceren in Gent of niet? That's the question. Ook de 5.000 werknemers en hun vakbonden bij ArcelorMittal stellen zich deze vraag. Het is een belangrijke vraag voor de toekomst van de hele maakindustrie. ArcelorMittal kondigde namelijk aan zijn groene investeringen in Europa stop te zetten. De staalgigant dreigt ermee om een deel van zijn productieproces te verplaatsen naar buiten Europa. Wij mogen dat niet laten gebeuren. Op initiatief van de PVDA werd deze week in de Gentse gemeenteraad een motie goedgekeurd om het belang van onze staalindustrie te benadrukken, met de vraag aan de federale, Vlaamse en Europese overheden om in te grijpen, dringend. Deze vraag werd gesteund door alle partijen behalve N-VA en Vlaams Belang. Die partijen staan nooit aan de kant van de werkende klasse. De hoge energieprijzen zijn het hoofdprobleem in Europa. Die zijn te wijten aan het feit dat wij onze energie in handen hebben gelaten van multinationals als ENGIE, die massaal overwinsten blijven boeken. Het gas dat wij vandaag importeren uit de VS is zo duur dat het wel vloeibaar goud lijkt. Waarmee zijn wij eigenlijk bezig in Europa? De Gentse motie, die u niet steunde, mevrouw Van Bossuyt, vraagt aan de federale overheid, dus aan u, mijnheer De Croo, en aan Europa om publieke investeringen te doen in hernieuwbare energie. Wij moeten terug controle krijgen over die energie, anders verliezen wij heel onze industrie. Mijnheer de eerste minister, wat is uw antwoord op die vragen? De beslissing van ArcelorMittal om het grootste project inzake industriële reductie van emissie in ons land uit te stellen, is inderdaad zeer verontrustend. Die beslissing is genomen in Gent, maar ook op veel andere plaatsen in Europa. Zo heeft ook het project in Duinkerke zonet hetzelfde nieuws te horen gekregen. Die situatie leidt tot bijzonder veel bezorgdheid bij de duizenden werknemers en daarnaast nog bij duizenden werknemers van toeleveranciers. Ruimer genomen rijst de vraag of wij in Europa de zware industrie kunnen behouden. Die industrie is de bron van welvaart en de bron van miljoenen jobs. Daarnaast is het via die sector dat we onze groene doelstellingen zullen behalen. We gaan die doelstellingen niet behalen door de industrie in Europa te laten uitsterven, maar wel door die ademruimte te geven om de nodige hervormingen en investeringen te kunnen doorvoeren. Mijnheer Meuleman, en ik denk ook mevrouw Grillaert, u hebt al aangegeven dat verschillende regeringen de voorbije jaren heel nauw hebben samengewerkt met ArcelorMittal. De Vlaamse regering geeft inderdaad investeringssteun. De federale regering geeft aan dat nucleaire elektriciteitsproductie beschikbaar kan zijn, dat de energienorm klaarligt. Dat alles om ervoor te zorgen dat we binnen Europa een gelijk speelveld zouden hebben, voornamelijk met Duinkerke. De discussie nu betreft niet een gelijk speelveld binnen Europa, maar wel een gelijk speelveld met de rest van de wereld. Het kan inderdaad niet de bedoeling zijn dat onze industrie die inspanningen levert om te vergroenen, bestraft wordt omdat vuil staal uit andere delen van de wereld hier gedumpt zou kunnen worden. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Dat zou betekenen dat diegenen die het juiste doen uiteindelijk economisch gestraft worden. Dat kunnen we niet aanvaarden. Dat is ook de reden waarom het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie vorig jaar heel sterk de nadruk heeft gelegd op het behoud van industrie in ons land en ervoor heeft gezorgd dat de regelgeving die we binnen Europa hebben ons in staat stelt om te concurreren met de rest van de wereld. De samenstelling van de nieuwe Europese Commissie werd gisteren goedgekeurd in het Europees Parlement. De dag voordien heb ik gesproken met een van de vicevoorzitters van de Europese Commissie, Teresa Ribera, over de toekomst van onze industrie en het probleem dat wij hebben in Gent en op vele plaatsen in Europa. Ik heb haar gezegd dat wij haar moeten tonen wat wij aan het doen zijn. Gent is immers een van de productiefste productieplaatsen voor staal in de wereld en heeft het potentieel om een van de groenste productieplaatsen ter wereld te zijn. Het zou waanzin zijn dat Gent bestraft wordt omdat het het juiste aan het doen is. Ik heb daar vandaag als antwoord op gekregen dat mevrouw Ribera en de heer Stéphane Séjourné, de nieuwe Europese commissaris voor Industriële Strategie, allebei op de uitnodiging zullen ingaan om in de komende dagen een bezoek te brengen aan ArcelorMittal in Gent om met de directie en de werknemers in debat te kunnen gaan. Ik zal daar zelf ook aanwezig zijn. Het lijkt mij dan ook logisch dat de minister-president van de Vlaamse regering, Matthias Diependaele, daar ook aanwezig zal zijn. Op een moment als dit moeten wij allemaal samen, schouder aan schouder, voor hetzelfde strijden. Dit gaat over de industriële toekomst van Europa in de wereld, over bijzonder veel welvaart van mensen in ons land en over het behalen van onze groene doelstellingen. Dat zal alleen lukken als wij allemaal samenwerken. De sense of urgency is er. Wij moeten er nu eindelijk in slagen om met concrete maatregelen te komen die de zekerheid bieden om die investeringen mogelijk te maken in ons land. Mijnheer de premier, er is nood aan een premier die voor onze werknemers op de barricaden staat. De innovatie en het harde werk van de mensen bij ArcelorMittal moeten worden beloond. Dat kan alleen met een regering die werk maakt van broodnodige hervormingen, met een regering die pleit voor een transitie waarvan wij allemaal weten dat ze zo essentieel is voor onze toekomst en met een regering die onze industrie beschermt voor valsspelers door die valsspelers keihard aan te pakken. Dat is de inzet van Vooruit bij deze onderhandelingen. Dat is wat Vooruit de komende vijf jaar zal doen. Het is wat de mensen in heel Vlaanderen en zeker ook in Zelzate van ons verwachten. Op de socialisten kunnen ze rekenen. Ik dank u voor het antwoord, mijnheer de eerste minister. Ik denk dat we allemaal bezorgd zijn dat we deze investeringen mislopen. Dat zou catastrofaal zijn voor de tewerkstelling, voor de welvaart en voor ons klimaatbeleid, zoals u ook zegt. We hebben de plicht als wetgever om de toekomst van de site in de Gentse haven veilig te stellen en om met ons land een leidende rol in de staalindustrie te spelen. Ik ben blij te horen dat u al actie hebt ondernomen, mijnheer de eerste minister, en dat u binnenkort samen met minister-president Diependaele de site zult bezoeken. Ik heb het genoegen gehad om de site te bezoeken. Ik kan bevestigen dat het een zeer mooi bedrijf is en een toonbeeld voor de industrie. Dat is uiteraard ook te danken aan de vele mensen die daar dag in, dag uit werken Het is niet de eerste keer dat een dergelijk dossier op ons bord komt en het zal zeker ook niet de laatste keer zijn. Ik steun zeker de sense of urgency. Mijnheer De Croo, de weg die we vandaag met Europa volgen is niet de juiste. De de-industrialisatie gaat keihard verder. Alle signalen staan op rood. Hoelang zullen we nog wachten? Hoeveel Van Hools, BelGaNs en Audi Brussels hebben we nog nodig om in te zien dat de politiek uit het verleden vandaag faalt? In zijn communicatie zegt ArcelorMittal duidelijk zelf dat de hoge energieprijs de reden is waarom de klimaatinvesteringen in België, maar ook in Duinkerke en in Asturië in Spanje niet zullen doorgaan zoals voorzien. We moeten dus ingrijpen met publieke investeringen in energie, anders verliezen we al onze industrie. Denk aan de toekomst. Denk aan de toekomst van onze industrie en jobs en neem uw verantwoordelijkheid. De perikelen rond prins Laurent Mijnheer de premier, in 2001 werd hier in de Kamer, onder het voorzitterschap van uw vader, Herman De Croo, aan prins Laurent een dotatie toegekend die intussen 388.000 euro per jaar bedraagt. "In de pocket", zou Raoul Hedebouw zeggen. Daarnaast werd de prins ook senator van rechtswege, kreeg hij gratis kost en inwoon in Villa Clémentine op kosten van de Koninklijke Schenking en was er ook nog wat geld van de zeemacht voor meubels en huisraad. Zijn vader heeft dat laatste achteraf terugbetaald. De bedoeling was dat hij zich van politiek zou onthouden en dat hij niet afhankelijk zou zijn van het KINT, een of andere vzw die zich bezighield met duurzame ontwikkeling en hondjes en katjes. De prins heeft zich in het begin niet aan die voorwaarden gehouden. De prins vraagt vandaag 50 miljoen euro omdat hij boompjes heeft geplant bij Khadaffi in Libië en stelt dat de regering zijn vordering hindert. De prins, die 32.333 euro per maand krijgt – "in de pocket", zou de heer Hedebouw zeggen – zou uit zijn ziekenhuisbed zijn gejaagd omdat men vreesde dat hij de rekening niet zou kunnen betalen. Ik vraag me dus af of die man niet voldoende geld heeft om zijn ziekenhuisrekening te betalen. Hij vraagt nu dat de sociale zekerheid, waaraan hij nooit ook maar 1 euro heeft bijgedragen, dat voor hem zou betalen. De rekeningen van de prins worden jaarlijks gecontroleerd door het Rekenhof en komen in principe bij u terecht. Daarna moeten die aan mijn waarde collega Peter De Roover worden bezorgd. Gebeuren die controles? Graag ook een antwoord op mijn eerste twee vragen. Mijnheer Dedecker, u bent een kenner van onze monarchie. U hebt heel goed geschetst wat het evenwicht is. Die dotatie werd geregeld door de wet van 2013. Tegenover lid zijn van het koninklijk huis staan een aantal verplichtingen, met name de waardigheid naleven met betrekking tot het ambt, discretie in publieke uitingen en ons land vertegenwoordigen op een aantal evenementen in België en daarbuiten. Iedereen heeft het recht om afstand te doen van die dotatie en die verplichtingen. Ik heb tot nog toe geen bericht gekregen van de prins dat hij daarvan afstand zou willen doen. Een aantal van zijn uitlatingen zijn niet correct. Hij zegt de enige in dit land te zijn die onder die verplichtingen valt. Dat klopt niet. Die regeling geldt voor iedereen die een dotatie krijgt. Prins Laurent is niet de enige in ons land die een dotatie krijgt. Ik stel vast dat bij anderen die een dotatie krijgen het naleven van die verplichtingen minder tot discussie leidt. Wat betreft uw eerste vraag over de middelen, het gaat over Libische middelen die onder sanctie staan van de Verenigde Naties en de Europese Unie. Ik heb al meermaals een antwoord gegeven op die vraag. Wij kunnen geen enkele actie ondernemen wat betreft de middelen die onder die sancties geblokkeerd staan. Die positie werd al meermaals bevestigd door de Verenigde Naties en de Europese Unie. Wat betreft uw vraag over de toegang tot de gezondheidszorg, de regeling zoals die nu bestaat, moet het mogelijk maken om bijdragen te doen tot bijvoorbeeld een private verzekering, die ervoor moet zorgen dat ziekenhuis- en andere kosten worden gedekt. Mijnheer de premier, ik heb nog een element aan te brengen. Onze zeurprins heeft gezegd dat er geen Belgisch bloed door zijn aderen stroomt, wel Duits en Italiaans. We weten dat de man villa Sofia bezit op Panarea, een Eolisch eilandje. Hij heeft dat gekocht in 2002 – de heer Van Quickenborne herinnert zich dat ongetwijfeld nog heel goed. Ik stel voor, aangezien de man graag Italiaan wordt, dat u belt naar Meloni om voor hem asiel aan te vragen in Italië. Zeg haar dat we een politieke vluchteling uit België hebben, of een koninklijke vluchteling uit België, en vraag haar of prins Laurent naar Italië mag migreren. Bedankt voor uw aandacht. Dat brengt ons naadloos bij het RIZIV-budget voor 2025, het onderwerp van de volgende reeks vragen. Het akkoord tussen de eerste minister en de koninklijk formateur over de RIZIV-begroting 2025 Het standpunt van de regering inzake de RIZIV-begroting 2025 De noodbegroting en het RIZIV-budget Monsieur le premier ministre, voici trois jours, vous avez réuni votre gouvernement et vous avez échoué à vous mettre d'accord sur un budget dédié aux soins de santé. Pourtant, un budget existe, puisqu'il a été élaboré par le Comité de l'assurance de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité (INAMI) et qu'il a été recalé parce qu'un seul parti, le vôtre, a mis son veto. Ce fait soulève un vrai problème politique que nous avions déjà relevé il y a un mois. Il se confirme aujourd'hui que, lorsque vous avez décidé voici un mois d'apposer le veto de l'Open Vld sur ce budget, vous ne l'avez pas fait pour votre gouvernement – il suffit d'écouter ce qu'en disent PS et Ecolo. Vous ne l'avez pas fait non plus pour le futur gouvernement Arizona – il suffit d'écouter ce qu'en disent Vooruit ou même Les Engagés. Vous l'avez fait pour vous-même, l'Open Vld, peut-être pour le MR et, selon certains, pour le secteur pharmaceutique. En tout cas, il me paraît clair que, ce jour-là, vous êtes sorti de votre mandat de premier ministre en affaires courantes. Vous avez émis un veto particratique et complètement irresponsable pour les soins de santé, les hôpitaux, les mutuelles, les prestataires de soins, les patients eux-mêmes. Cerise sur le gâteau: c'est même irresponsable pour les finances publiques. En effet, rappelons que le projet de budget qui est sur la table prévoit des économies à hauteur de 216 millions d'euros. Pour ma part, je ne pense pas que l'on puisse continuer de la sorte. Je sais que vous êtes convenu d'une nouvelle réunion en date du 9 décembre. Car même vous, vous concédez qu'il n'y aura pas de majorité Arizona dans moins de dix jours. Mes questions sont simples, monsieur le premier ministre. Reconnaissez-vous qu'avec ce veto, vous êtes sorti de votre rôle de premier ministre contre l'avis de votre propre gouvernement? Ne pensez-vous pas qu'il faut arrêter de jouer au poker avec les soins de santé, qu'il faut sortir le secteur de l'incertitude et laisser enfin voter ce budget? Je crois que les patients, les prestataires et les hôpitaux le méritent. Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, hier staan we weer. Een tijd geleden werd het RIZIV-budget goedgekeurd in het Verzekeringscomité. Helaas overleefde het de algemene vergadering niet, omdat uw partij, Open Vld, tegenstemde. U stelde vorige week nog in de commissie dat het niet aan de regering in lopende zaken is om dat budget vast te leggen, maar aan de nieuwe regering, die er vooralsnog niet is. Onze gezondheidszorg heeft geen nood aan dit kinderachtige spel van doorschuiven van de zwarte piet. Onze gezondheidszorg heeft nood aan daadkracht en verantwoordelijkheid. De gezondheidszorgbegroting is een onderhandelde begroting, tussen zorgverstrekkers, mutualiteiten en de overheid. Die overheid, nota bene de vivaldiregering, heeft aan het zorgpersoneel en aan heel de zorgsector beloofd dat de groeinorm opnieuw op 2,5 % zou worden gebracht. Die groeinorm van 2,5 % is nodig om onder andere de uitdaging van de vergrijzing aan te kunnen. Dit alles en nog veel meer staat nu op de helling, omdat u en uw partijtje liever politieke spelletjes spelen dan verantwoordelijkheid opnemen. Nochtans, staatssecretaris van Begroting Bertrand beweerde deze week in De Ochtend dat er geen vuiltje aan de lucht is, want die RIZIV-begroting zal uiteindelijk toch wel goedgekeurd worden, hetzij door de nieuwe ploeg, die er vooralsnog niet is, hetzij door de regering in lopende zaken. Mijnheer de eerste minister, als uw staatssecretaris van Begroting beweert dat u uw verantwoordelijkheid uiteindelijk toch zult opnemen en de begroting, met de beloofde 2,5 % groeinorm, zult goedkeuren, waarom houdt u dan het been alsnog stijf en weigert u dit nu goed te keuren? Mijnheer de eerste minister, mijn moeder zei altijd tegen mij: belofte maakt schuld. U hebt met uw vivaldiregering aan het zorgpersoneel beloofd dat de groeinorm opnieuw op 2,5 % gebracht zou worden. Dat staat zelfs in de wet geschreven. Maar nu bent u dat dossier al weken aan het blokkeren. Wij herinneren ons allemaal de covidcrisis nog. Elke avond was er applaus voor het zorgpersoneel. Het zou allemaal veranderen; het zou nooit meer hetzelfde zijn. Wij hebben immers gezien wat de besparingen in de zorg hadden opgeleverd. Er zou nooit meer bespaard worden op de gezondheidszorg. Moet ik u eraan herinneren dat er drie weken geleden 30.000 mensen van de zorgsector op straat gekomen zijn? Dat was omdat de situatie in de ziekenhuizen onhoudbaar is. Elke patiënt en elke zorgverlener kan daarvan getuigen. Wij hebben die groeinorm in de gezondheidszorg nodig. Dat is een enorm belangrijk discussiepunt. Wij hebben die norm nodig omdat de bevolking veroudert. Er is ook technologische evolutie, dus er is elk jaar extra budget nodig om alle mensen te kunnen verzorgen. Het Planbureau heeft berekend dat de groeinorm voor volgend jaar eigenlijk 3,2 % zou moeten bedragen, maar er was 2,5 % beloofd; dat had u beloofd en dat is in de wet opgenomen. Nu blokkeert u dat dossier echter al vier weken. Mijnheer de eerste minister, mijn vraag aan u is heel eenvoudig. Wanneer, mijnheer De Croo, zult u stoppen met een politiek spel te spelen op de kap van de zorgverleners en op de kap van de patiënten? Wanneer zult u het RIZIV-budget goedkeuren? Ik meen dat het tijd is kleur te bekennen. Zal er in 2025 een groeinorm zijn van 2,5 %, ja of neen? Laat mij beginnen met te herhalen wat ik hier in de plenaire vergadering gezegd heb op 24 oktober: er zal een begroting zijn voor het RIZIV voor 2025. De zaken zullen op welke manier dan ook operationeel zijn. Patiënten zullen worden terugbetaald. Artsen zullen hun vergoeding krijgen en ziekenhuizen zullen blijven functioneren. De paniekzaaierij daarover is totaal onverantwoord. Ik vind het onverantwoord dat men mensen de schrik op het lijf jaagt, want daartoe is geen enkele reden. Ik zal u een voorbeeld geven dat aantoont dat dat niet nodig is. In 2011 heeft de toenmalige premier Di Rupo, die net premier geworden was, de begroting voor 2012 goedgekeurd op 12 december 2011. Op 12 december werd die beslissing dus genomen en alles is perfect gelopen. Ik ben het dus absoluut niet eens met degenen die nu zeggen dat ik voor onzekerheid zorg. Het is onverantwoord om patiënten en de sector op die manier schrik aan te jagen, want er is geen enkele reden om dat te doen. Zoals daarnet al aangegeven werd de algemene begroting in twaalfden deze week goedgekeurd binnen de regering. Het is normaal dat dat op dit moment moet gebeuren, want die moet een heel traject doorlopen. Ze moet langs het Rekenhof passeren – daarover zijn daarnet vragen gesteld – en uiteindelijk hier in deze plenaire vergadering goedgekeurd worden. Ik heb dat gedaan in nauw overleg met de formateur, die probeert zo snel mogelijk een regering op de been te brengen. Ik heb het met hem ook gehad over hoe we de RIZIV-begroting moeten aanpakken. Dat is namelijk niet niets, het gaat over 45 miljard euro op de in totaal ongeveer 170 miljard van de federale begroting. Ik ben het dus absoluut niet eens met zij die zeggen dat dit geen politieke keuze is en dat men dat gewoon moet goedkeuren. De formateur en ikzelf waren het beiden eens dat die keuze bij voorkeur gemaakt wordt door de partijen die verantwoordelijk zullen zijn voor 2025 en de jaren daarna. In alle transparantie moet ik echter ook zeggen dat de formateur mij gezegd heeft dat hij vindt dat hij die beslissing moet nemen, maar dat hij niet kan garanderen dat hij erin zal slagen om die beslissing te kunnen nemen. Hij vroeg echter de politieke ruimte om dat te doen. Dat is altijd mijn houding geweest. Een ontslagnemende regering moet alles doen om voldoende politieke ruimte te creëren voor diegenen die een regering proberen te vormen. Het is zo al moeilijk genoeg om een regering te vormen in ons land. Men moet de ruimte geven zodat zij een regering kunnen vormen en – dat is belangrijk – de juiste politieke keuzes kunnen maken. Inzake begroting van het RIZIV gaat het niet alleen over hoeveel de groeivoet is. Het gaat ook over welk beleid men wil voeren, welke hervormingen men daarin wil opnemen, op welke manier men zorgt dat de kwaliteit van onze gezondheidszorg verbeterd wordt. Dat, dames en heren, is een beslissing die in principe niet toekomt aan de ontslagnemende regering, een regering die niet meer het vertrouwen van het Parlement heeft. Het is niet aan haar om politieke keuzes te maken voor de komende vijf jaar, het is aan diegenen die een regering aan het vormen zijn. Het lijkt me dus absoluut een kwestie van politieke hygiëne dat een uittredende regering, zolang het kan, ruimte geeft aan de onderhandelende partijen om de juiste keuze te maken. Ik besluit met wat ik in het begin heb gezegd. We moeten geen paniek zaaien. We moeten patiënten, zorgverstrekkers, ziekenhuizen en industrie geruststellen. Die begroting 2025 zal er komen, bij voorkeur beslist door de partijen die de regering zullen vormen. Als blijkt dat dat niet mogelijk is in de komende twee weken, zal de uittredende regering haar verantwoordelijkheid nemen. Ik hoop dat het de wens is van iedereen dat de formerende partijen erin slagen om daarover tot een akkoord te komen. Monsieur le premier ministre, merci pour votre réponse. Non, nous ne pouvons pas attendre le 12 décembre au plus tard. Pourquoi? Parce que contrairement à ce qui s’est passé avant, il est question d’un budget d’économies. Les prestataires de soins, l’INAMI, les mutuelles ont prévu 216 millions d’économies. Chaque jour où vous décidez de ne pas approuver ce budget, vous entravez la possibilité de mettre en œuvre des mesures qui permettent de faire ces économies. En effet, une dépêche Belga d’il y a quelques jours confirme ce que vous dites: "Le premier ministre démissionnaire Alexander De Croo et le formateur Bart De Wever ont fait savoir que la discussion sur le budget de l’assurance-maladie 2025 devrait être tranchée par les partis de la coalition Arizona et pas par le Parlement sortant". Mais vous inventez quelque chose de nouveau. Vous avez eu la confiance du Parlement. L’Arizona ne l’a pas. Moi, je regarde les ordres du jour du Parlement attentivement. Je n’ai pas voté la confiance à un gouvernement Arizona. La cogestion entre un premier ministre démissionnaire et un formateur, ça n’existe pas. Je l’ai dit il y a trois semaines. Soit il y a un gouvernement, soit il n’y en a pas. Là, il y en a un qui est démissionnaire, mais qui a la compétence d’approuver ce budget, le budget que les prestataires, les mutuelles et les hôpitaux veulent. Votez-le! Mijnheer de eerste minister, u bent ondanks uw verkiezingsnederlaag wel nog steeds de eerste minister van de vivaldiregering. U moet zich dan ook als dusdanig gedragen. Roep dus uw whatsappregering bijeen en keur die groeinorm van 2,5 % goed. Wacht niet tot 12 december en stop met die politieke spelletjes. Stop met het gijzelen van de zorgsector, stop ermee patiënten in tariefonzekerheid te duwen. Met een groeinorm van 2,5 % wordt de toegankelijkheid, de kwaliteit en de continuïteit van de zorg voor de toekomstige generaties gewaarborgd. Ook ten aanzien van de formateur, die zopas nog aanwezig was, maar nu jammer genoeg niet, heb ik een boodschap: maak eindelijk werk van een deftige staatshervorming, zodat gezondheidszorg volledig bij de deelstaten komt te liggen. Vijf minuten politieke moed, dat is de enige juiste politieke keuze. Doe het voor de betaalbaarheid van onze gezondheidszorg, doe het voor onze zorgverstrekkers, doe het voor onze patiënten. Mijnheer De Croo, u zegt dat er een begroting zal zijn. De vraag is echter hoe die begroting er zal uitzien. Daar komt de onzekerheid vandaan. De paniekzaaierij is niet onverantwoord. Wat onverantwoord is, is dat u soloslim aan het spelen bent, mijnheer De Croo. U wilt eigenlijk, uw collega's in de commissie verwijzen er vaak naar, besparen in de gezondheidszorg, net zoals de arizonaregering dat ook wil doen. D á t is compleet onverantwoord. Vorige keer hebt u gezegd dat het onder mevrouw Wilmès pas op 22 november werd goedgekeurd. Nu hebt u gevonden dat dit bij de heer Di Rupo pas in december werd goedgekeurd. U kunt het ook op 31 december goedkeuren, mijnheer De Croo. Voor iedereen is duidelijk. Het is aan de regering in lopende zaken om die beslissing te nemen. Daarover zijn alle politicologen het eens. Dat heeft in alle kranten gestaan. U moet die beslissing nemen en ik vraag dan ook dat u die neemt. Dank u mevrouw Merckx. Dank u ook voor het vertrouwen in onze pers. De druk op het recht van vereniging en vrije meningsuiting Mijnheer de premier, in onze samenleving gelden er spelregels waarvan wij niet afwijken. In ons land mogen mensen zich verenigen, in ons land mogen mensen samenkomen en vrij hun mening uiten. Wie het niet eens is met die mening, mag dat ook zeggen. Zo werkt het hier. Zo werkt het echter niet overal. In andere delen van de wereld worden mensen alleen al om die reden opgesloten of gefolterd. Hier hebben we westerse waarden en normen. Twee weken geleden werd in Woluwe een boekvoorstelling van het boek Allah n’a rien à faire dans ma classe geannuleerd. In Luik werd recent ook nog een debat daaromtrent geannuleerd. Waarom? Door islamitische bedreigingen kon de veiligheid van de deelnemers niet worden gegarandeerd. Ironisch genoeg, collega’s, handelt het boek over het toenemende islamfundamentalisme in scholen. Leerkrachten worden inderdaad onder druk gezet en zelfs bedreigd. Ze durven in de klas uit angst bepaalde thema’s niet meer te behandelen. We weten allemaal over welke thema’s het gaat: seksualiteit, gender en de gelijkheid van man en vrouw. Mijnheer de premier, wanneer iemand meent dat Allah boven de wet staat, is dat zijn keuze. Wie echter dat soort regimes hier wil opleggen, heeft hier geen plaats. Wie daarenboven met geweld dreigt als mensen samenkomen of een mening vormen die niet de hunne is, hoort hier ook niet thuis. Voor Open Vld is er vrijheid van onderwijs, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vereniging. Die waarden zijn fundamenteel en we zullen daar geen millimeter van afwijken. Wat moet er volgens u gebeuren om dat toenemende islamfundamentalisme een halt toe te roepen? Mevrouw Gabriëls, dank u voor een zeer belangrijke vraag. Twee weken geleden stond ik hier, omdat mevrouw Pas mij een vraag stelde over politici die in ons land kwamen spreken geïntimideerd werden. Ik heb mij daar toen zeer duidelijk over uitgesproken. Wat zij hier ook komen verkondigen, als dat binnen de grenzen van de wet is kunnen wij niet aanvaarden dat politici geïntimideerd worden, niet als zij komen spreken en evenmin als zij een coalitieakkoord sluiten waar sommigen het niet mee eens zijn. Wij hebben op meerdere plaatsen in ons land oproepen gezien om politici te intimideren op basis van de politieke keuzes die zij maken. Ik vind dat onaanvaardbaar en alarmerend. Mevrouw Gabriëls, wat u aanhaalt, is even alarmerend. De voorstelling van het boek Allah n'a rien à faire dans ma classe is in Woluwe en in Luik niet kunnen doorgaan, omdat men vreesde dat de veiligheid niet gegarandeerd zou kunnen worden. Als er een zaak is waarvan wij als overheid en als volksvertegenwoordigers absoluut een prioriteit moeten maken, samen met onze veiligheidsdiensten, is het de vrijwaring van de vrijheid van meningsuiting. Wij mogen het nooit laten gebeuren dat wij angst hebben. Die vorm van zelfcensuur die sommigen zichzelf moeten opleggen om veilig te kunnen zijn, is absoluut onaanvaardbaar. Als wij daaraan toegeven, staan wij toe dat de intoleranten ons muilkorven. Niet in ons land. Niet in onze samenleving! Mijnheer de eerste minister, ik dank u voor uw duidelijke antwoord. Collega's, de dramatische beelden van de Franse leerkracht Samuel Paty staan nog in ons geheugen gegrift. Het proces over die moord wordt momenteel gevoerd. Ook hier zien we alsmaar meer radicalisering en polarisering in onze scholen. Het aantal meldingen daarvan stijgt enorm. Sociale media spelen een rol in het brainwashen van onder andere jongeren en dat is heel verontrustend. We moeten dat probleem dus blijven benoemen en aanpakken en er niet licht over gaan. We moeten leraren blijven beschermen en ondersteunen en gepast reageren op eender welke vorm van islamfundamentalisme in onze maatschappij, want de gevolgen van dergelijk gedrag zijn op termijn immers dramatisch. Het aanhoudingsbevel tegen de Israëlische eerste minister Netanyahu De aanhoudingsbevelen van het ICC tegen Benjamin Netanyahu e.a. Monsieur le premier ministre, il y a une semaine, la Cour pénale internationale a émis un mandat d'arrêt contre le premier ministre israélien Benyamin Netanyahu. C'est une décision historique! Historique d'abord parce qu'elle reconnaît que le peuple palestinien subit des crimes de guerre et des crimes contre l'humanité. Ces faits sont officialisés par une juridiction internationale. Historique aussi parce que c'est la première fois qu'un dirigeant allié de l'Occident est condamné par la Cour pénale internationale. Cette condamnation du premier ministre israélien est aussi une condamnation à l'encontre des pays occidentaux, vu qu'ils soutiennent de manière inconditionnelle l'État d'Israël. Si aujourd'hui Israël bombarde Gaza, c'est grâce aux bombes américaines. Plus de 20 milliards d'euros d'armement américain contribuent à la guerre à Gaza. Si aujourd'hui on tue des femmes et des enfants à Gaza, c'est grâce à des armes allemandes, qui transitent par le port d'Anvers, chez nous! Nous sommes donc complices de ces crimes de guerre et de ces crimes contre l'humanité. On pouvait croire que tout le monde s'unirait autour d'une telle décision juridique et l'appliquerait. Comme nous l'avons vu, M. Emmanuel Macron, le président français, sème le doute et l'ambiguïté sur cette décision et évoque une possible immunité pour M. Netanyahu. C'est une honte, monsieur le premier ministre, de remettre en question le droit international ainsi qu'une décision judiciaire de la Cour pénale. Monsieur le premier ministre, je ne poserai qu'une seule question très simple afin que la réponse puisse être claire. L'État belge va-t-il arrêter M. Benyamin Netanyahu ou le laisser en liberté s'il vient en Belgique? Monsieur le premier ministre, je vous interpelle ici sur une question qui engage directement la réputation et la crédibilité de notre pays, le respect du droit international et de nos obligations en tant qu'État signataire du statut de Rome. La Cour pénale internationale (CPI) a récemment émis un mandat d'arrêt à l'encontre de Benyamin Netanyahu et d'autres accusés pour crimes de guerre et crimes contre l'humanité. Ces faits extrêmement graves touchent au cœur des valeurs que nous défendons en tant que démocratie attachée à l'État de droit et à la justice. Plusieurs pays européens, conscients de leurs responsabilités, ont déjà annoncé qu'ils appliqueront pleinement les mandats de la Cour pénale internationale. Les Pays-Bas, siège de la Cour, ont exprimé sans ambiguïté leur engagement de même que l'Irlande et l'Espagne. Ces exemples montrent qu'il est totalement possible de faire passer la justice avant les intérêts politiques. Face à cela, la position de la France, oscillant entre ambigüité et recul, est un signal très alarmant. Cette attitude incompréhensible et scandaleuse affaiblit la lutte contre l'impunité pour les crimes les plus graves. En tant que pays profondément attaché à la justice internationale – et nous vous savons très attaché à l'image de la Belgique –, la Belgique ne peut ni ne doit suivre cet exemple. Nous avons une responsabilité historique et morale, celle de défendre les victimes de crimes atroces et de garantir que ceux qui en sont responsables soient traduits devant la justice. Nous ne pouvons pas nous permettre que la Belgique soit perçue comme un refuge pour ceux qui violent et bafouent les lois internationales. Monsieur le premier ministre, ma question est claire, simple et directe. La Belgique s'engage-t-elle sans réserve et sans ambigüité à appliquer les mandats d'arrêt émis par la Cour pénale internationale, y compris à l'encontre de Benyamin Netanyahu dès qu'il posera un pied sur le sol belge? Monsieur Boukili, madame Maouane, la Belgique soutient la Cour pénale internationale (CPI) depuis le début de ses activités à La Haye en 2002. Elle a ratifié le statut de Rome. Pour notre pays, il est crucial que les crimes graves, tels que les crimes contre l'humanité et les crimes de guerre, ne restent pas impunis et que les victimes de ces crimes soient également entendues et indemnisées. Car sans justice, il ne peut jamais y avoir de paix durable. Nous vivons, je pense, dans une époque où l'ordre juridique international est soumis à une pression incroyable et nous devons résister à cela. Plus que jamais, il est important de confirmer que la Belgique – et pas uniquement la Belgique car elle n'est pas toute seule – et plus de 120 pays qui ont ratifié le statut de Rome doivent assumer leurs responsabilités. Lorsque la Cour pénale internationale délivre un mandat d'arrêt pour de présumés crimes de guerre, la Belgique assume sa responsabilité. Donc, si une personne recherchée se trouve sur notre territoire, nous devons exécuter un mandat d'arrêt. Il ne peut y avoir deux poids et deux mesures par rapport à cela. Merci, monsieur le premier ministre, pour cette réponse claire: la Belgique va appliquer le mandat d'arrêt contre Benyamin Netanyahu s'il vient sur le sol belge. La Belgique a saisi ici une occasion où la crédibilité des pays européens est remise en question au niveau mondial. Le peu de crédibilité qu'il nous reste, je pense que c'est maintenant qu'il faut l'exercer et qu'il faut appliquer le droit international. Je prends acte, monsieur le premier ministre, et j'espère que les autres dirigeants européens prendront la même position. Il faut rappeler à des dirigeants tels que M. Macron en France que le droit international ne peut pas être utilisé à géométrie variable en fonction de nos intérêts et en fonction de qui est visé. Le droit international s'applique à tous. Sans justice, il ne peut y avoir de paix dans ce monde. Merci, monsieur le premier ministre, vous ne m'avez pas déçue, j'ai été rassurée par votre réponse claire et sans ambiguïté. Il faut que la Belgique soit un exemple. Il faut également qu'elle continue ses efforts et puisse sanctionner économiquement et diplomatiquement Israël, et cesse toute coopération. Il est aussi temps que la Belgique reconnaisse sans tarder l'État de Palestine. C'est la demande de la société civile, mais aussi de nombreux diplomates européens et dans le monde. J'en appelle donc aux partis qui sont engagés dans la négociation, en tout cas ceux qui se disent progressistes et ceux qui se prononcent en faveur de la reconnaissance de la Palestine. Je n'attends rien du MR, ni de la N-VA, mais Vooruit, Les Engagés et le cd&v, l'histoire vous regarde et vous demande d'être du bon côté de celle-ci. De nieuwe aanvallen op Oekraïne en de recente Amerikaanse verklaringen Monsieur le premier ministre, les drones et les missiles russes pleuvent avec une intensité inégalée ces derniers jours et ces dernières heures sur la population ukrainienne. Les différentes infrastructures, surtout énergétiques, ont été touchées durement. Plus d'un million d'Ukrainiens se retrouvent sans électricité en pleine période hivernale. Par ailleurs, le président élu Trump a décidé de désigner le général Kellogg comme envoyé spécial pour négocier la paix et forcer la main de l'Ukraine. Dans ce contexte, d'abord, quelles sont les mesures que vous comptez prendre pour aider plus massivement le peuple ukrainien sur le plan humanitaire? Ensuite, quel est le périmètre de négociations de paix que vous pourriez dessiner à l'échelle européenne? Pour le dire autrement, au regard des déclarations américaines qui sont inquiétantes, les négociations doivent-elles partir d'une restitution de l'intégralité des territoires que la Russie a conquis par les armes? Avez-vous eu des contacts avec vos homologues européens sur ce point en particulier? En effet, il faut plus que s'y préparer: les semaines s'écoulent, et Donald Trump va bientôt arriver avec un cadre de négociations qui ne correspond pas tout à fait avec l'idée que nous nous faisons du respect du territoire et de la liberté. Enfin, quels sont les nouveaux soutiens militaires que vous pourriez apporter avec l'Union européenne, tout particulièrement envers le ciel ukrainien qui est aujourd'hui largement attaqué et qui le sera encore tant qu'aucun système de défense européen ne viendra soutenir la Défense ukrainienne de toute urgence? Monsieur Lutgen, merci pour cette question. Il est en effet important de confirmer que la Belgique et les pays européens sont des partenaires fidèles de la population ukrainienne dans sa quête de pouvoir vivre en paix et de pouvoir faire respecter sa souveraineté. Depuis le début de cette guerre, la Belgique a été là pour soutenir les forces armées ukrainiennes et contribuer aux besoins tant dans les sphères civile qu'humanitaire. La Belgique a d'ailleurs conclu un accord de sécurité avec l'Ukraine, dont le champ est très large puisqu'il couvre la livraison des F-16 au moment où la Belgique ne les utilisera plus. Le soutien civil est également très important. On constate une escalade dans ce conflit avec, par exemple, le déploiement de militaires nord-coréens ou la Chine qui ne fait plus beaucoup d'efforts pour cacher qu'elle est dans les faits un partenaire de l'agresseur russe. Je pense que, plus que jamais, il est essentiel de montrer que nous sommes capables de continuer à soutenir l'Ukraine. Je crois que les Américains le feront, même s'il est difficile de le distinguer à l'heure actuelle, mais l'Europe doit continuer à répondre présente. Une négociation interviendra en temps opportun, car je suis convaincu que c'est par ce moyen que viendra la paix. Cependant, cette négociation ne pourra avoir lieu qu'aux conditions expresses que l'Ukraine soit dans une position forte et dise que le moment de négocier est venu. Cette paix devra être négociée avec les Ukrainiens et les pays européens. Vous demandez quels sont les plans futurs. Une pièce maîtresse en est ce fonds de 45 milliards qui est en train de se mobiliser au niveau du G7 et dont la Belgique est un des concepteurs au point de vue technique. Je pense que nous devons continuer à soutenir les Ukrainiens et nous continuerons à le faire tant que nécessaire. Monsieur le premier ministre, je vous invite à poursuivre, à aller beaucoup plus fort, beaucoup plus vite dans cette volonté de soutenir l’Ukraine. C’est également notre liberté qui est en jeu, au-delà du soutien nécessaire sur le plan humain. Plus vite, plus fort! Et pour ceux qui ne voient cela que de façon froide, sur le plan budgétaire, si les investissements n’ont pas lieu maintenant pour aider l’Ukraine sur le plan militaire, dans quelques années, les montants pour défendre notre liberté européenne seront bien plus importants. En plus, nous aurions laissé tomber un peuple qui nous est proche. Je pense que les Polonais le comprennent mieux que nous, de par la proximité de la frontière. Nous paierions beaucoup plus cher, sur le plan budgétaire, la protection de notre liberté, de l’Europe et des valeurs qui s’y rattachent.

Plenaire vergadering op 28 november 2024

Beknopte versie

Van 14h16 tot 19h56 (5 uur en 40 minuten)

6 vragen, 7 voorstellen, 10 stemmingen

Volledig verslag op dekamer.be

Aanwezigheid

127/150 (85%)

Afwezigen

De volgende 37 kamerleden waren afwezig bij tenminste de eerste naamstemming. Het is mogelijk dat deze kamerleden alsnog aanwezig waren vanaf de tweede naamstemming of later. Het is ook mogelijk dat de kamerleden uitgesloten waren bij de eerste stemming voor een legitieme reden.

CD&V Nahima Lanjri
CD&V Phaedra Van Keymolen
Groen Tinne Van der Straeten
Groen Jeroen Van Lysebettens
Les Engagés Serge Hiligsmann
Les Engagés Marc Lejeune
Les Engagés Benoît Lutgen
Les Engagés Julien Matagne
MR Christophe Bombled
MR Georges-Louis Bouchez
MR Hervé Cornillie
MR Charlotte Deborsu
MR Victoria Vandeberg
N-VA Jeroen Bergers
N-VA Kathleen Depoorter
N-VA Lieve Truyman
N-VA Wim Van der Donckt
N-VA Katrijn van Riet
Open Vld Sandro Di Nunzio
Open Vld Paul Van Tigchelt
PS Khalil Aouasti
PS Ridouane Chahid
PS Philippe Courard
PS Frédéric Daerden
PS Ludivine Dedonder
PS Paul Magnette
PS Lydia Mutyebele Ngoi
PS Éric Thiébaut
PVDA-PTB Kim De Witte
PVDA-PTB Raoul Hedebouw
PVDA-PTB Peter Mertens
PVDA-PTB Nadia Moscufo
VB Dominiek Sneppe
VB Wouter Vermeersch
Vooruit Nele Daenen
Vooruit Achraf El Yakhloufi
Vooruit Niels Tas

Vragen

De vragen die gesteld werden tijdens deze vergadering.

economie en werk

Het uitstel van de miljardeninvestering door ArcelorMittal
Het industriebeleid en de beslissing van ArcelorMittal
ArcelorMittal

Gesteld door

Vooruit Brent Meuleman
CD&V Leentje Grillaert
PVDA-PTB Robin Tonniau

Aan

Alexander De Croo (Eerste minister)

Bekijk antwoord

Brent Meuleman:

Mijnheer de premier, de afgelopen dagen heb ik gesproken met vele arbeiders van ArcelorMittal in Gent. Die mensen zijn bezorgd om de toekomst van hun bedrijf.

ArcelorMittal is de parel van de Gentse haven met meer dan 5.000 werknemers, maar het bedrijf heeft zonet een belangrijke miljardeninvestering in nieuwe, groenere infrastructuur on hold gezet. De redenen daarvoor lezen als een spiegel voor de politiek: er is te veel valse concurrentie uit China, er is geen duidelijkheid over de nieuwe Europese spelregels en er zijn te veel vraagtekens rond de industriële strategie op ons continent.

Veel mensen bij ons in Zelzate zien wat voor fantastisch werk er op de site wordt geleverd, want ze werken er zelf of ze hebben vrienden of familieleden die er werken. Zij kijken vandaag naar ons, collega’s, en zij stellen zich de vraag of de politiek kan garanderen dat er een toekomst voor de industrie in Vlaanderen is.

Laat het duidelijk zijn, dit uitstel mag absoluut niet leiden tot afstel, want de innovatie in de Gentse haven is te belangrijk en ook de CO 2 -impact van dat bedrijf is vandaag te groot. Sommigen hebben altijd beweerd dat, als we er voldoende subsidies inpompen of op een magische knop drukken, de toekomst van de fabrieken in onze regio verankerd is. Maar kijk, vandaag beslist ArcelorMittal om in heel Europa geen nieuwe investeringen meer te doen als het op verduurzaming aankomt.

Europa kan niet langer toelaten dat China zwaar vervuilend staal dumpt op onze markt. Onze bedrijven en onze jobs moeten beschermd worden en de welvaart van onze mensen, die dag in dag uit hun stinkende best doen, moet beschermd worden.

Mijnheer de eerste minister, u vertolkt ook vandaag nog onze stem in Europa. Zult u erop aandringen om werk te maken van een eerlijk speelveld en zo het harde werk van alle werknemers van ArcelorMittal belonen?

Leentje Grillaert:

Mijnheer de eerste minister, het hing al even in de lucht en deze week kwam spijtig genoeg ook de bevestiging: ArcelorMittal steekt de cruciale plannen om zijn staalfabriek in Gent te vergroenen in de koelkast. Het gaat om een investering van ruim 2 miljard euro, wat het meteen het grootste klimaatproject van de Belgische bedrijfswereld maakt. Dat dat project nu het zwaard van Damocles boven het hoofd hangt, mogen we absoluut niet negeren.

Die vergroeningsinvesteringen zijn cruciaal, niet alleen om de werkgelegenheid in de regio te beschermen, maar ook omdat door die investeringen de CO 2 -uitstoot in ons land met minstens 3 % zou dalen. Vlaanderen staat klaar met 600 miljoen euro aan leningen en de federale regering staat klaar om de fabriek tien jaar lang van goedkope stroom te voorzien, maar blijkbaar is dat niet voldoende.

Onze fractie kijkt ook naar Europa. Europa moet met de industriële bedrijven naar de tekentafel om een soort green industry deal uit te werken, een deal die ook voor de industrie klopt.

Het gaat trouwens niet alleen over de meer dan 5.000 werknemers van ArcelorMittal in Gent, waarnaar mijn collega al verwees, maar ook over 25.000 werknemers die indirect verbonden zijn met dat bedrijf. Die onzekerheid moet worden weggenomen. Een van de grootste werkgevers uit de regio Gent staat op het punt om dat gigantisch klimaatproject zomaar eventjes in de vuilbak te gooien. Dat kunnen we niet laten gebeuren.

Mijnheer de premier, welke stappen zult u zetten om ArcelorMittal een eventueel beter kader te geven om die broodnodige investeringen veilig te stellen?

Zult u ook aan de Europese Commissie vragen om extra maatregelen te nemen tegen de import van goedkoop staal van buiten de EU en voor een goed investeringsklimaat voor de Europese staalindustrie?

Zult u opnieuw overleggen met de collega's van de Vlaamse (…)

Robin Tonniau:

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, zullen wij straks groen staal produceren in Gent of niet? That's the question. Ook de 5.000 werknemers en hun vakbonden bij ArcelorMittal stellen zich deze vraag. Het is een belangrijke vraag voor de toekomst van de hele maakindustrie. ArcelorMittal kondigde namelijk aan zijn groene investeringen in Europa stop te zetten. De staalgigant dreigt ermee om een deel van zijn productieproces te verplaatsen naar buiten Europa. Wij mogen dat niet laten gebeuren.

Op initiatief van de PVDA werd deze week in de Gentse gemeenteraad een motie goedgekeurd om het belang van onze staalindustrie te benadrukken, met de vraag aan de federale, Vlaamse en Europese overheden om in te grijpen, dringend. Deze vraag werd gesteund door alle partijen behalve N-VA en Vlaams Belang. Die partijen staan nooit aan de kant van de werkende klasse.

De hoge energieprijzen zijn het hoofdprobleem in Europa. Die zijn te wijten aan het feit dat wij onze energie in handen hebben gelaten van multinationals als ENGIE, die massaal overwinsten blijven boeken. Het gas dat wij vandaag importeren uit de VS is zo duur dat het wel vloeibaar goud lijkt. Waarmee zijn wij eigenlijk bezig in Europa?

De Gentse motie, die u niet steunde, mevrouw Van Bossuyt, vraagt aan de federale overheid, dus aan u, mijnheer De Croo, en aan Europa om publieke investeringen te doen in hernieuwbare energie. Wij moeten terug controle krijgen over die energie, anders verliezen wij heel onze industrie.

Mijnheer de eerste minister, wat is uw antwoord op die vragen?

Alexander De Croo:

De beslissing van ArcelorMittal om het grootste project inzake industriële reductie van emissie in ons land uit te stellen, is inderdaad zeer verontrustend. Die beslissing is genomen in Gent, maar ook op veel andere plaatsen in Europa. Zo heeft ook het project in Duinkerke zonet hetzelfde nieuws te horen gekregen.

Die situatie leidt tot bijzonder veel bezorgdheid bij de duizenden werknemers en daarnaast nog bij duizenden werknemers van toeleveranciers. Ruimer genomen rijst de vraag of wij in Europa de zware industrie kunnen behouden. Die industrie is de bron van welvaart en de bron van miljoenen jobs. Daarnaast is het via die sector dat we onze groene doelstellingen zullen behalen. We gaan die doelstellingen niet behalen door de industrie in Europa te laten uitsterven, maar wel door die ademruimte te geven om de nodige hervormingen en investeringen te kunnen doorvoeren.

Mijnheer Meuleman, en ik denk ook mevrouw Grillaert, u hebt al aangegeven dat verschillende regeringen de voorbije jaren heel nauw hebben samengewerkt met ArcelorMittal. De Vlaamse regering geeft inderdaad investeringssteun. De federale regering geeft aan dat nucleaire elektriciteitsproductie beschikbaar kan zijn, dat de energienorm klaarligt. Dat alles om ervoor te zorgen dat we binnen Europa een gelijk speelveld zouden hebben, voornamelijk met Duinkerke.

De discussie nu betreft niet een gelijk speelveld binnen Europa, maar wel een gelijk speelveld met de rest van de wereld. Het kan inderdaad niet de bedoeling zijn dat onze industrie die inspanningen levert om te vergroenen, bestraft wordt omdat vuil staal uit andere delen van de wereld hier gedumpt zou kunnen worden. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Dat zou betekenen dat diegenen die het juiste doen uiteindelijk economisch gestraft worden. Dat kunnen we niet aanvaarden.

Dat is ook de reden waarom het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie vorig jaar heel sterk de nadruk heeft gelegd op het behoud van industrie in ons land en ervoor heeft gezorgd dat de regelgeving die we binnen Europa hebben ons in staat stelt om te concurreren met de rest van de wereld.

De samenstelling van de nieuwe Europese Commissie werd gisteren goedgekeurd in het Europees Parlement. De dag voordien heb ik gesproken met een van de vicevoorzitters van de Europese Commissie, Teresa Ribera, over de toekomst van onze industrie en het probleem dat wij hebben in Gent en op vele plaatsen in Europa. Ik heb haar gezegd dat wij haar moeten tonen wat wij aan het doen zijn. Gent is immers een van de productiefste productieplaatsen voor staal in de wereld en heeft het potentieel om een van de groenste productieplaatsen ter wereld te zijn. Het zou waanzin zijn dat Gent bestraft wordt omdat het het juiste aan het doen is.

Ik heb daar vandaag als antwoord op gekregen dat mevrouw Ribera en de heer Stéphane Séjourné, de nieuwe Europese commissaris voor Industriële Strategie, allebei op de uitnodiging zullen ingaan om in de komende dagen een bezoek te brengen aan ArcelorMittal in Gent om met de directie en de werknemers in debat te kunnen gaan. Ik zal daar zelf ook aanwezig zijn. Het lijkt mij dan ook logisch dat de minister-president van de Vlaamse regering, Matthias Diependaele, daar ook aanwezig zal zijn.

Op een moment als dit moeten wij allemaal samen, schouder aan schouder, voor hetzelfde strijden. Dit gaat over de industriële toekomst van Europa in de wereld, over bijzonder veel welvaart van mensen in ons land en over het behalen van onze groene doelstellingen. Dat zal alleen lukken als wij allemaal samenwerken. De sense of urgency is er. Wij moeten er nu eindelijk in slagen om met concrete maatregelen te komen die de zekerheid bieden om die investeringen mogelijk te maken in ons land.

Brent Meuleman:

Mijnheer de premier, er is nood aan een premier die voor onze werknemers op de barricaden staat. De innovatie en het harde werk van de mensen bij ArcelorMittal moeten worden beloond. Dat kan alleen met een regering die werk maakt van broodnodige hervormingen, met een regering die pleit voor een transitie waarvan wij allemaal weten dat ze zo essentieel is voor onze toekomst en met een regering die onze industrie beschermt voor valsspelers door die valsspelers keihard aan te pakken.

Dat is de inzet van Vooruit bij deze onderhandelingen. Dat is wat Vooruit de komende vijf jaar zal doen. Het is wat de mensen in heel Vlaanderen en zeker ook in Zelzate van ons verwachten. Op de socialisten kunnen ze rekenen.

Leentje Grillaert:

Ik dank u voor het antwoord, mijnheer de eerste minister.

Ik denk dat we allemaal bezorgd zijn dat we deze investeringen mislopen. Dat zou catastrofaal zijn voor de tewerkstelling, voor de welvaart en voor ons klimaatbeleid, zoals u ook zegt. We hebben de plicht als wetgever om de toekomst van de site in de Gentse haven veilig te stellen en om met ons land een leidende rol in de staalindustrie te spelen.

Ik ben blij te horen dat u al actie hebt ondernomen, mijnheer de eerste minister, en dat u binnenkort samen met minister-president Diependaele de site zult bezoeken. Ik heb het genoegen gehad om de site te bezoeken. Ik kan bevestigen dat het een zeer mooi bedrijf is en een toonbeeld voor de industrie. Dat is uiteraard ook te danken aan de vele mensen die daar dag in, dag uit werken

Het is niet de eerste keer dat een dergelijk dossier op ons bord komt en het zal zeker ook niet de laatste keer zijn. Ik steun zeker de sense of urgency.

Robin Tonniau:

Mijnheer De Croo, de weg die we vandaag met Europa volgen is niet de juiste. De de-industrialisatie gaat keihard verder. Alle signalen staan op rood. Hoelang zullen we nog wachten? Hoeveel Van Hools, BelGaNs en Audi Brussels hebben we nog nodig om in te zien dat de politiek uit het verleden vandaag faalt? In zijn communicatie zegt ArcelorMittal duidelijk zelf dat de hoge energieprijs de reden is waarom de klimaatinvesteringen in België, maar ook in Duinkerke en in Asturië in Spanje niet zullen doorgaan zoals voorzien. We moeten dus ingrijpen met publieke investeringen in energie, anders verliezen we al onze industrie. Denk aan de toekomst. Denk aan de toekomst van onze industrie en jobs en neem uw verantwoordelijkheid.

De perikelen rond prins Laurent

Gesteld door

N-VA Jean-Marie Dedecker

Aan

Alexander De Croo (Eerste minister)

Bekijk antwoord

Jean-Marie Dedecker:

Mijnheer de premier, in 2001 werd hier in de Kamer, onder het voorzitterschap van uw vader, Herman De Croo, aan prins Laurent een dotatie toegekend die intussen 388.000 euro per jaar bedraagt. "In de pocket", zou Raoul Hedebouw zeggen. Daarnaast werd de prins ook senator van rechtswege, kreeg hij gratis kost en inwoon in Villa Clémentine op kosten van de Koninklijke Schenking en was er ook nog wat geld van de zeemacht voor meubels en huisraad. Zijn vader heeft dat laatste achteraf terugbetaald. De bedoeling was dat hij zich van politiek zou onthouden en dat hij niet afhankelijk zou zijn van het KINT, een of andere vzw die zich bezighield met duurzame ontwikkeling en hondjes en katjes. De prins heeft zich in het begin niet aan die voorwaarden gehouden.

De prins vraagt vandaag 50 miljoen euro omdat hij boompjes heeft geplant bij Khadaffi in Libië en stelt dat de regering zijn vordering hindert.

De prins, die 32.333 euro per maand krijgt – "in de pocket", zou de heer Hedebouw zeggen – zou uit zijn ziekenhuisbed zijn gejaagd omdat men vreesde dat hij de rekening niet zou kunnen betalen. Ik vraag me dus af of die man niet voldoende geld heeft om zijn ziekenhuisrekening te betalen. Hij vraagt nu dat de sociale zekerheid, waaraan hij nooit ook maar 1 euro heeft bijgedragen, dat voor hem zou betalen.

De rekeningen van de prins worden jaarlijks gecontroleerd door het Rekenhof en komen in principe bij u terecht. Daarna moeten die aan mijn waarde collega Peter De Roover worden bezorgd. Gebeuren die controles? Graag ook een antwoord op mijn eerste twee vragen.

Alexander De Croo:

Mijnheer Dedecker, u bent een kenner van onze monarchie. U hebt heel goed geschetst wat het evenwicht is. Die dotatie werd geregeld door de wet van 2013. Tegenover lid zijn van het koninklijk huis staan een aantal verplichtingen, met name de waardigheid naleven met betrekking tot het ambt, discretie in publieke uitingen en ons land vertegenwoordigen op een aantal evenementen in België en daarbuiten. Iedereen heeft het recht om afstand te doen van die dotatie en die verplichtingen. Ik heb tot nog toe geen bericht gekregen van de prins dat hij daarvan afstand zou willen doen.

Een aantal van zijn uitlatingen zijn niet correct. Hij zegt de enige in dit land te zijn die onder die verplichtingen valt. Dat klopt niet. Die regeling geldt voor iedereen die een dotatie krijgt. Prins Laurent is niet de enige in ons land die een dotatie krijgt. Ik stel vast dat bij anderen die een dotatie krijgen het naleven van die verplichtingen minder tot discussie leidt.

Wat betreft uw eerste vraag over de middelen, het gaat over Libische middelen die onder sanctie staan van de Verenigde Naties en de Europese Unie. Ik heb al meermaals een antwoord gegeven op die vraag. Wij kunnen geen enkele actie ondernemen wat betreft de middelen die onder die sancties geblokkeerd staan. Die positie werd al meermaals bevestigd door de Verenigde Naties en de Europese Unie.

Wat betreft uw vraag over de toegang tot de gezondheidszorg, de regeling zoals die nu bestaat, moet het mogelijk maken om bijdragen te doen tot bijvoorbeeld een private verzekering, die ervoor moet zorgen dat ziekenhuis- en andere kosten worden gedekt.

Jean-Marie Dedecker:

Mijnheer de premier, ik heb nog een element aan te brengen.

Onze zeurprins heeft gezegd dat er geen Belgisch bloed door zijn aderen stroomt, wel Duits en Italiaans. We weten dat de man villa Sofia bezit op Panarea, een Eolisch eilandje. Hij heeft dat gekocht in 2002 – de heer Van Quickenborne herinnert zich dat ongetwijfeld nog heel goed. Ik stel voor, aangezien de man graag Italiaan wordt, dat u belt naar Meloni om voor hem asiel aan te vragen in Italië. Zeg haar dat we een politieke vluchteling uit België hebben, of een koninklijke vluchteling uit België, en vraag haar of prins Laurent naar Italië mag migreren.

Bedankt voor uw aandacht.

Voorzitter:

Dat brengt ons naadloos bij het RIZIV-budget voor 2025, het onderwerp van de volgende reeks vragen.

gezondheid en welzijn

Het akkoord tussen de eerste minister en de koninklijk formateur over de RIZIV-begroting 2025
Het standpunt van de regering inzake de RIZIV-begroting 2025
De noodbegroting en het RIZIV-budget

Gesteld door

DéFI François De Smet
VB Dominiek Sneppe
PVDA-PTB Sofie Merckx

Aan

Alexander De Croo (Eerste minister)

Bekijk antwoord

François De Smet:

Monsieur le premier ministre, voici trois jours, vous avez réuni votre gouvernement et vous avez échoué à vous mettre d'accord sur un budget dédié aux soins de santé. Pourtant, un budget existe, puisqu'il a été élaboré par le Comité de l'assurance de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité (INAMI) et qu'il a été recalé parce qu'un seul parti, le vôtre, a mis son veto.

Ce fait soulève un vrai problème politique que nous avions déjà relevé il y a un mois. Il se confirme aujourd'hui que, lorsque vous avez décidé voici un mois d'apposer le veto de l'Open Vld sur ce budget, vous ne l'avez pas fait pour votre gouvernement – il suffit d'écouter ce qu'en disent PS et Ecolo. Vous ne l'avez pas fait non plus pour le futur gouvernement Arizona – il suffit d'écouter ce qu'en disent Vooruit ou même Les Engagés. Vous l'avez fait pour vous-même, l'Open Vld, peut-être pour le MR et, selon certains, pour le secteur pharmaceutique. En tout cas, il me paraît clair que, ce jour-là, vous êtes sorti de votre mandat de premier ministre en affaires courantes. Vous avez émis un veto particratique et complètement irresponsable pour les soins de santé, les hôpitaux, les mutuelles, les prestataires de soins, les patients eux-mêmes. Cerise sur le gâteau: c'est même irresponsable pour les finances publiques. En effet, rappelons que le projet de budget qui est sur la table prévoit des économies à hauteur de 216 millions d'euros.

Pour ma part, je ne pense pas que l'on puisse continuer de la sorte. Je sais que vous êtes convenu d'une nouvelle réunion en date du 9 décembre. Car même vous, vous concédez qu'il n'y aura pas de majorité Arizona dans moins de dix jours.

Mes questions sont simples, monsieur le premier ministre. Reconnaissez-vous qu'avec ce veto, vous êtes sorti de votre rôle de premier ministre contre l'avis de votre propre gouvernement? Ne pensez-vous pas qu'il faut arrêter de jouer au poker avec les soins de santé, qu'il faut sortir le secteur de l'incertitude et laisser enfin voter ce budget? Je crois que les patients, les prestataires et les hôpitaux le méritent.

Dominiek Sneppe:

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, hier staan we weer. Een tijd geleden werd het RIZIV-budget goedgekeurd in het Verzekeringscomité. Helaas overleefde het de algemene vergadering niet, omdat uw partij, Open Vld, tegenstemde. U stelde vorige week nog in de commissie dat het niet aan de regering in lopende zaken is om dat budget vast te leggen, maar aan de nieuwe regering, die er vooralsnog niet is. Onze gezondheidszorg heeft geen nood aan dit kinderachtige spel van doorschuiven van de zwarte piet. Onze gezondheidszorg heeft nood aan daadkracht en verantwoordelijkheid.

De gezondheidszorgbegroting is een onderhandelde begroting, tussen zorgverstrekkers, mutualiteiten en de overheid. Die overheid, nota bene de vivaldiregering, heeft aan het zorgpersoneel en aan heel de zorgsector beloofd dat de groeinorm opnieuw op 2,5 % zou worden gebracht. Die groeinorm van 2,5 % is nodig om onder andere de uitdaging van de vergrijzing aan te kunnen.

Dit alles en nog veel meer staat nu op de helling, omdat u en uw partijtje liever politieke spelletjes spelen dan verantwoordelijkheid opnemen. Nochtans, staatssecretaris van Begroting Bertrand beweerde deze week in De Ochtend dat er geen vuiltje aan de lucht is, want die RIZIV-begroting zal uiteindelijk toch wel goedgekeurd worden, hetzij door de nieuwe ploeg, die er vooralsnog niet is, hetzij door de regering in lopende zaken.

Mijnheer de eerste minister, als uw staatssecretaris van Begroting beweert dat u uw verantwoordelijkheid uiteindelijk toch zult opnemen en de begroting, met de beloofde 2,5 % groeinorm, zult goedkeuren, waarom houdt u dan het been alsnog stijf en weigert u dit nu goed te keuren?

Sofie Merckx:

Mijnheer de eerste minister, mijn moeder zei altijd tegen mij: belofte maakt schuld. U hebt met uw vivaldiregering aan het zorgpersoneel beloofd dat de groeinorm opnieuw op 2,5 % gebracht zou worden. Dat staat zelfs in de wet geschreven. Maar nu bent u dat dossier al weken aan het blokkeren.

Wij herinneren ons allemaal de covidcrisis nog. Elke avond was er applaus voor het zorgpersoneel. Het zou allemaal veranderen; het zou nooit meer hetzelfde zijn. Wij hebben immers gezien wat de besparingen in de zorg hadden opgeleverd. Er zou nooit meer bespaard worden op de gezondheidszorg. Moet ik u eraan herinneren dat er drie weken geleden 30.000 mensen van de zorgsector op straat gekomen zijn? Dat was omdat de situatie in de ziekenhuizen onhoudbaar is. Elke patiënt en elke zorgverlener kan daarvan getuigen.

Wij hebben die groeinorm in de gezondheidszorg nodig. Dat is een enorm belangrijk discussiepunt. Wij hebben die norm nodig omdat de bevolking veroudert. Er is ook technologische evolutie, dus er is elk jaar extra budget nodig om alle mensen te kunnen verzorgen. Het Planbureau heeft berekend dat de groeinorm voor volgend jaar eigenlijk 3,2 % zou moeten bedragen, maar er was 2,5 % beloofd; dat had u beloofd en dat is in de wet opgenomen. Nu blokkeert u dat dossier echter al vier weken.

Mijnheer de eerste minister, mijn vraag aan u is heel eenvoudig. Wanneer, mijnheer De Croo, zult u stoppen met een politiek spel te spelen op de kap van de zorgverleners en op de kap van de patiënten? Wanneer zult u het RIZIV-budget goedkeuren? Ik meen dat het tijd is kleur te bekennen. Zal er in 2025 een groeinorm zijn van 2,5 %, ja of neen?

Alexander De Croo:

Laat mij beginnen met te herhalen wat ik hier in de plenaire vergadering gezegd heb op 24 oktober: er zal een begroting zijn voor het RIZIV voor 2025. De zaken zullen op welke manier dan ook operationeel zijn. Patiënten zullen worden terugbetaald. Artsen zullen hun vergoeding krijgen en ziekenhuizen zullen blijven functioneren. De paniekzaaierij daarover is totaal onverantwoord. Ik vind het onverantwoord dat men mensen de schrik op het lijf jaagt, want daartoe is geen enkele reden.

Ik zal u een voorbeeld geven dat aantoont dat dat niet nodig is. In 2011 heeft de toenmalige premier Di Rupo, die net premier geworden was, de begroting voor 2012 goedgekeurd op 12 december 2011. Op 12 december werd die beslissing dus genomen en alles is perfect gelopen. Ik ben het dus absoluut niet eens met degenen die nu zeggen dat ik voor onzekerheid zorg. Het is onverantwoord om patiënten en de sector op die manier schrik aan te jagen, want er is geen enkele reden om dat te doen.

Zoals daarnet al aangegeven werd de algemene begroting in twaalfden deze week goedgekeurd binnen de regering. Het is normaal dat dat op dit moment moet gebeuren, want die moet een heel traject doorlopen. Ze moet langs het Rekenhof passeren – daarover zijn daarnet vragen gesteld – en uiteindelijk hier in deze plenaire vergadering goedgekeurd worden. Ik heb dat gedaan in nauw overleg met de formateur, die probeert zo snel mogelijk een regering op de been te brengen.

Ik heb het met hem ook gehad over hoe we de RIZIV-begroting moeten aanpakken. Dat is namelijk niet niets, het gaat over 45 miljard euro op de in totaal ongeveer 170 miljard van de federale begroting. Ik ben het dus absoluut niet eens met zij die zeggen dat dit geen politieke keuze is en dat men dat gewoon moet goedkeuren. De formateur en ikzelf waren het beiden eens dat die keuze bij voorkeur gemaakt wordt door de partijen die verantwoordelijk zullen zijn voor 2025 en de jaren daarna. In alle transparantie moet ik echter ook zeggen dat de formateur mij gezegd heeft dat hij vindt dat hij die beslissing moet nemen, maar dat hij niet kan garanderen dat hij erin zal slagen om die beslissing te kunnen nemen. Hij vroeg echter de politieke ruimte om dat te doen. Dat is altijd mijn houding geweest. Een ontslagnemende regering moet alles doen om voldoende politieke ruimte te creëren voor diegenen die een regering proberen te vormen. Het is zo al moeilijk genoeg om een regering te vormen in ons land. Men moet de ruimte geven zodat zij een regering kunnen vormen en – dat is belangrijk – de juiste politieke keuzes kunnen maken.

Inzake begroting van het RIZIV gaat het niet alleen over hoeveel de groeivoet is. Het gaat ook over welk beleid men wil voeren, welke hervormingen men daarin wil opnemen, op welke manier men zorgt dat de kwaliteit van onze gezondheidszorg verbeterd wordt. Dat, dames en heren, is een beslissing die in principe niet toekomt aan de ontslagnemende regering, een regering die niet meer het vertrouwen van het Parlement heeft. Het is niet aan haar om politieke keuzes te maken voor de komende vijf jaar, het is aan diegenen die een regering aan het vormen zijn. Het lijkt me dus absoluut een kwestie van politieke hygiëne dat een uittredende regering, zolang het kan, ruimte geeft aan de onderhandelende partijen om de juiste keuze te maken.

Ik besluit met wat ik in het begin heb gezegd. We moeten geen paniek zaaien. We moeten patiënten, zorgverstrekkers, ziekenhuizen en industrie geruststellen. Die begroting 2025 zal er komen, bij voorkeur beslist door de partijen die de regering zullen vormen. Als blijkt dat dat niet mogelijk is in de komende twee weken, zal de uittredende regering haar verantwoordelijkheid nemen. Ik hoop dat het de wens is van iedereen dat de formerende partijen erin slagen om daarover tot een akkoord te komen.

François De Smet:

Monsieur le premier ministre, merci pour votre réponse. Non, nous ne pouvons pas attendre le 12 décembre au plus tard. Pourquoi? Parce que contrairement à ce qui s’est passé avant, il est question d’un budget d’économies. Les prestataires de soins, l’INAMI, les mutuelles ont prévu 216 millions d’économies. Chaque jour où vous décidez de ne pas approuver ce budget, vous entravez la possibilité de mettre en œuvre des mesures qui permettent de faire ces économies.

En effet, une dépêche Belga d’il y a quelques jours confirme ce que vous dites: "Le premier ministre démissionnaire Alexander De Croo et le formateur Bart De Wever ont fait savoir que la discussion sur le budget de l’assurance-maladie 2025 devrait être tranchée par les partis de la coalition Arizona et pas par le Parlement sortant".

Mais vous inventez quelque chose de nouveau. Vous avez eu la confiance du Parlement. L’Arizona ne l’a pas. Moi, je regarde les ordres du jour du Parlement attentivement. Je n’ai pas voté la confiance à un gouvernement Arizona. La cogestion entre un premier ministre démissionnaire et un formateur, ça n’existe pas. Je l’ai dit il y a trois semaines. Soit il y a un gouvernement, soit il n’y en a pas. Là, il y en a un qui est démissionnaire, mais qui a la compétence d’approuver ce budget, le budget que les prestataires, les mutuelles et les hôpitaux veulent. Votez-le!

Dominiek Sneppe:

Mijnheer de eerste minister, u bent ondanks uw verkiezingsnederlaag wel nog steeds de eerste minister van de vivaldiregering. U moet zich dan ook als dusdanig gedragen. Roep dus uw whatsappregering bijeen en keur die groeinorm van 2,5 % goed. Wacht niet tot 12 december en stop met die politieke spelletjes. Stop met het gijzelen van de zorgsector, stop ermee patiënten in tariefonzekerheid te duwen. Met een groeinorm van 2,5 % wordt de toegankelijkheid, de kwaliteit en de continuïteit van de zorg voor de toekomstige generaties gewaarborgd.

Ook ten aanzien van de formateur, die zopas nog aanwezig was, maar nu jammer genoeg niet, heb ik een boodschap: maak eindelijk werk van een deftige staatshervorming, zodat gezondheidszorg volledig bij de deelstaten komt te liggen. Vijf minuten politieke moed, dat is de enige juiste politieke keuze. Doe het voor de betaalbaarheid van onze gezondheidszorg, doe het voor onze zorgverstrekkers, doe het voor onze patiënten.

Sofie Merckx:

Mijnheer De Croo, u zegt dat er een begroting zal zijn. De vraag is echter hoe die begroting er zal uitzien. Daar komt de onzekerheid vandaan. De paniekzaaierij is niet onverantwoord. Wat onverantwoord is, is dat u soloslim aan het spelen bent, mijnheer De Croo. U wilt eigenlijk, uw collega's in de commissie verwijzen er vaak naar, besparen in de gezondheidszorg, net zoals de arizonaregering dat ook wil doen. D á t is compleet onverantwoord.

Vorige keer hebt u gezegd dat het onder mevrouw Wilmès pas op 22 november werd goedgekeurd. Nu hebt u gevonden dat dit bij de heer Di Rupo pas in december werd goedgekeurd. U kunt het ook op 31 december goedkeuren, mijnheer De Croo.

Voor iedereen is duidelijk. Het is aan de regering in lopende zaken om die beslissing te nemen. Daarover zijn alle politicologen het eens. Dat heeft in alle kranten gestaan. U moet die beslissing nemen en ik vraag dan ook dat u die neemt.

Voorzitter:

Dank u mevrouw Merckx. Dank u ook voor het vertrouwen in onze pers.

De druk op het recht van vereniging en vrije meningsuiting

Gesteld door

Open Vld Katja Gabriëls

Aan

Alexander De Croo (Eerste minister)

Bekijk antwoord

Katja Gabriëls:

Mijnheer de premier, in onze samenleving gelden er spelregels waarvan wij niet afwijken. In ons land mogen mensen zich verenigen, in ons land mogen mensen samenkomen en vrij hun mening uiten. Wie het niet eens is met die mening, mag dat ook zeggen. Zo werkt het hier. Zo werkt het echter niet overal. In andere delen van de wereld worden mensen alleen al om die reden opgesloten of gefolterd. Hier hebben we westerse waarden en normen.

Twee weken geleden werd in Woluwe een boekvoorstelling van het boek Allah n’a rien à faire dans ma classe geannuleerd. In Luik werd recent ook nog een debat daaromtrent geannuleerd. Waarom? Door islamitische bedreigingen kon de veiligheid van de deelnemers niet worden gegarandeerd. Ironisch genoeg, collega’s, handelt het boek over het toenemende islamfundamentalisme in scholen. Leerkrachten worden inderdaad onder druk gezet en zelfs bedreigd. Ze durven in de klas uit angst bepaalde thema’s niet meer te behandelen. We weten allemaal over welke thema’s het gaat: seksualiteit, gender en de gelijkheid van man en vrouw.

Mijnheer de premier, wanneer iemand meent dat Allah boven de wet staat, is dat zijn keuze. Wie echter dat soort regimes hier wil opleggen, heeft hier geen plaats. Wie daarenboven met geweld dreigt als mensen samenkomen of een mening vormen die niet de hunne is, hoort hier ook niet thuis.

Voor Open Vld is er vrijheid van onderwijs, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vereniging. Die waarden zijn fundamenteel en we zullen daar geen millimeter van afwijken.

Wat moet er volgens u gebeuren om dat toenemende islamfundamentalisme een halt toe te roepen?

Alexander De Croo:

Mevrouw Gabriëls, dank u voor een zeer belangrijke vraag.

Twee weken geleden stond ik hier, omdat mevrouw Pas mij een vraag stelde over politici die in ons land kwamen spreken geïntimideerd werden. Ik heb mij daar toen zeer duidelijk over uitgesproken. Wat zij hier ook komen verkondigen, als dat binnen de grenzen van de wet is kunnen wij niet aanvaarden dat politici geïntimideerd worden, niet als zij komen spreken en evenmin als zij een coalitieakkoord sluiten waar sommigen het niet mee eens zijn. Wij hebben op meerdere plaatsen in ons land oproepen gezien om politici te intimideren op basis van de politieke keuzes die zij maken. Ik vind dat onaanvaardbaar en alarmerend.

Mevrouw Gabriëls, wat u aanhaalt, is even alarmerend. De voorstelling van het boek Allah n'a rien à faire dans ma classe is in Woluwe en in Luik niet kunnen doorgaan, omdat men vreesde dat de veiligheid niet gegarandeerd zou kunnen worden. Als er een zaak is waarvan wij als overheid en als volksvertegenwoordigers absoluut een prioriteit moeten maken, samen met onze veiligheidsdiensten, is het de vrijwaring van de vrijheid van meningsuiting.

Wij mogen het nooit laten gebeuren dat wij angst hebben. Die vorm van zelfcensuur die sommigen zichzelf moeten opleggen om veilig te kunnen zijn, is absoluut onaanvaardbaar. Als wij daaraan toegeven, staan wij toe dat de intoleranten ons muilkorven. Niet in ons land. Niet in onze samenleving!

Katja Gabriëls:

Mijnheer de eerste minister, ik dank u voor uw duidelijke antwoord. Collega's, de dramatische beelden van de Franse leerkracht Samuel Paty staan nog in ons geheugen gegrift. Het proces over die moord wordt momenteel gevoerd. Ook hier zien we alsmaar meer radicalisering en polarisering in onze scholen. Het aantal meldingen daarvan stijgt enorm. Sociale media spelen een rol in het brainwashen van onder andere jongeren en dat is heel verontrustend. We moeten dat probleem dus blijven benoemen en aanpakken en er niet licht over gaan. We moeten leraren blijven beschermen en ondersteunen en gepast reageren op eender welke vorm van islamfundamentalisme in onze maatschappij, want de gevolgen van dergelijk gedrag zijn op termijn immers dramatisch.

internationale politiek en migratie

Het aanhoudingsbevel tegen de Israëlische eerste minister Netanyahu
De aanhoudingsbevelen van het ICC tegen Benjamin Netanyahu e.a.

Gesteld door

PVDA-PTB Nabil Boukili
Ecolo Rajae Maouane

Aan

Alexander De Croo (Eerste minister)

Bekijk antwoord

Nabil Boukili:

Monsieur le premier ministre, il y a une semaine, la Cour pénale internationale a émis un mandat d'arrêt contre le premier ministre israélien Benyamin Netanyahu.

C'est une décision historique! Historique d'abord parce qu'elle reconnaît que le peuple palestinien subit des crimes de guerre et des crimes contre l'humanité. Ces faits sont officialisés par une juridiction internationale. Historique aussi parce que c'est la première fois qu'un dirigeant allié de l'Occident est condamné par la Cour pénale internationale.

Cette condamnation du premier ministre israélien est aussi une condamnation à l'encontre des pays occidentaux, vu qu'ils soutiennent de manière inconditionnelle l'État d'Israël.

Si aujourd'hui Israël bombarde Gaza, c'est grâce aux bombes américaines. Plus de 20 milliards d'euros d'armement américain contribuent à la guerre à Gaza. Si aujourd'hui on tue des femmes et des enfants à Gaza, c'est grâce à des armes allemandes, qui transitent par le port d'Anvers, chez nous!

Nous sommes donc complices de ces crimes de guerre et de ces crimes contre l'humanité.

On pouvait croire que tout le monde s'unirait autour d'une telle décision juridique et l'appliquerait. Comme nous l'avons vu, M. Emmanuel Macron, le président français, sème le doute et l'ambiguïté sur cette décision et évoque une possible immunité pour M. Netanyahu.

C'est une honte, monsieur le premier ministre, de remettre en question le droit international ainsi qu'une décision judiciaire de la Cour pénale.

Monsieur le premier ministre, je ne poserai qu'une seule question très simple afin que la réponse puisse être claire. L'État belge va-t-il arrêter M. Benyamin Netanyahu ou le laisser en liberté s'il vient en Belgique?

Rajae Maouane:

Monsieur le premier ministre, je vous interpelle ici sur une question qui engage directement la réputation et la crédibilité de notre pays, le respect du droit international et de nos obligations en tant qu'État signataire du statut de Rome.

La Cour pénale internationale (CPI) a récemment émis un mandat d'arrêt à l'encontre de Benyamin Netanyahu et d'autres accusés pour crimes de guerre et crimes contre l'humanité. Ces faits extrêmement graves touchent au cœur des valeurs que nous défendons en tant que démocratie attachée à l'État de droit et à la justice.

Plusieurs pays européens, conscients de leurs responsabilités, ont déjà annoncé qu'ils appliqueront pleinement les mandats de la Cour pénale internationale. Les Pays-Bas, siège de la Cour, ont exprimé sans ambiguïté leur engagement de même que l'Irlande et l'Espagne. Ces exemples montrent qu'il est totalement possible de faire passer la justice avant les intérêts politiques.

Face à cela, la position de la France, oscillant entre ambigüité et recul, est un signal très alarmant. Cette attitude incompréhensible et scandaleuse affaiblit la lutte contre l'impunité pour les crimes les plus graves.

En tant que pays profondément attaché à la justice internationale – et nous vous savons très attaché à l'image de la Belgique –, la Belgique ne peut ni ne doit suivre cet exemple. Nous avons une responsabilité historique et morale, celle de défendre les victimes de crimes atroces et de garantir que ceux qui en sont responsables soient traduits devant la justice. Nous ne pouvons pas nous permettre que la Belgique soit perçue comme un refuge pour ceux qui violent et bafouent les lois internationales.

Monsieur le premier ministre, ma question est claire, simple et directe. La Belgique s'engage-t-elle sans réserve et sans ambigüité à appliquer les mandats d'arrêt émis par la Cour pénale internationale, y compris à l'encontre de Benyamin Netanyahu dès qu'il posera un pied sur le sol belge?

Alexander De Croo:

Monsieur Boukili, madame Maouane, la Belgique soutient la Cour pénale internationale (CPI) depuis le début de ses activités à La Haye en 2002. Elle a ratifié le statut de Rome. Pour notre pays, il est crucial que les crimes graves, tels que les crimes contre l'humanité et les crimes de guerre, ne restent pas impunis et que les victimes de ces crimes soient également entendues et indemnisées. Car sans justice, il ne peut jamais y avoir de paix durable.

Nous vivons, je pense, dans une époque où l'ordre juridique international est soumis à une pression incroyable et nous devons résister à cela. Plus que jamais, il est important de confirmer que la Belgique – et pas uniquement la Belgique car elle n'est pas toute seule – et plus de 120 pays qui ont ratifié le statut de Rome doivent assumer leurs responsabilités.

Lorsque la Cour pénale internationale délivre un mandat d'arrêt pour de présumés crimes de guerre, la Belgique assume sa responsabilité. Donc, si une personne recherchée se trouve sur notre territoire, nous devons exécuter un mandat d'arrêt. Il ne peut y avoir deux poids et deux mesures par rapport à cela.

Nabil Boukili:

Merci, monsieur le premier ministre, pour cette réponse claire: la Belgique va appliquer le mandat d'arrêt contre Benyamin Netanyahu s'il vient sur le sol belge. La Belgique a saisi ici une occasion où la crédibilité des pays européens est remise en question au niveau mondial. Le peu de crédibilité qu'il nous reste, je pense que c'est maintenant qu'il faut l'exercer et qu'il faut appliquer le droit international.

Je prends acte, monsieur le premier ministre, et j'espère que les autres dirigeants européens prendront la même position. Il faut rappeler à des dirigeants tels que M. Macron en France que le droit international ne peut pas être utilisé à géométrie variable en fonction de nos intérêts et en fonction de qui est visé. Le droit international s'applique à tous. Sans justice, il ne peut y avoir de paix dans ce monde.

Rajae Maouane:

Merci, monsieur le premier ministre, vous ne m'avez pas déçue, j'ai été rassurée par votre réponse claire et sans ambiguïté. Il faut que la Belgique soit un exemple. Il faut également qu'elle continue ses efforts et puisse sanctionner économiquement et diplomatiquement Israël, et cesse toute coopération. Il est aussi temps que la Belgique reconnaisse sans tarder l'État de Palestine. C'est la demande de la société civile, mais aussi de nombreux diplomates européens et dans le monde. J'en appelle donc aux partis qui sont engagés dans la négociation, en tout cas ceux qui se disent progressistes et ceux qui se prononcent en faveur de la reconnaissance de la Palestine. Je n'attends rien du MR, ni de la N-VA, mais Vooruit, Les Engagés et le cd&v, l'histoire vous regarde et vous demande d'être du bon côté de celle-ci.

internationale politiek en migratie

De nieuwe aanvallen op Oekraïne en de recente Amerikaanse verklaringen

Gesteld door

Les Engagés Benoît Lutgen

Aan

Alexander De Croo (Eerste minister)

Bekijk antwoord

Benoît Lutgen:

Monsieur le premier ministre, les drones et les missiles russes pleuvent avec une intensité inégalée ces derniers jours et ces dernières heures sur la population ukrainienne. Les différentes infrastructures, surtout énergétiques, ont été touchées durement. Plus d'un million d'Ukrainiens se retrouvent sans électricité en pleine période hivernale. Par ailleurs, le président élu Trump a décidé de désigner le général Kellogg comme envoyé spécial pour négocier la paix et forcer la main de l'Ukraine.

Dans ce contexte, d'abord, quelles sont les mesures que vous comptez prendre pour aider plus massivement le peuple ukrainien sur le plan humanitaire? Ensuite, quel est le périmètre de négociations de paix que vous pourriez dessiner à l'échelle européenne? Pour le dire autrement, au regard des déclarations américaines qui sont inquiétantes, les négociations doivent-elles partir d'une restitution de l'intégralité des territoires que la Russie a conquis par les armes? Avez-vous eu des contacts avec vos homologues européens sur ce point en particulier? En effet, il faut plus que s'y préparer: les semaines s'écoulent, et Donald Trump va bientôt arriver avec un cadre de négociations qui ne correspond pas tout à fait avec l'idée que nous nous faisons du respect du territoire et de la liberté.

Enfin, quels sont les nouveaux soutiens militaires que vous pourriez apporter avec l'Union européenne, tout particulièrement envers le ciel ukrainien qui est aujourd'hui largement attaqué et qui le sera encore tant qu'aucun système de défense européen ne viendra soutenir la Défense ukrainienne de toute urgence?

Alexander De Croo:

Monsieur Lutgen, merci pour cette question. Il est en effet important de confirmer que la Belgique et les pays européens sont des partenaires fidèles de la population ukrainienne dans sa quête de pouvoir vivre en paix et de pouvoir faire respecter sa souveraineté. Depuis le début de cette guerre, la Belgique a été là pour soutenir les forces armées ukrainiennes et contribuer aux besoins tant dans les sphères civile qu'humanitaire.

La Belgique a d'ailleurs conclu un accord de sécurité avec l'Ukraine, dont le champ est très large puisqu'il couvre la livraison des F-16 au moment où la Belgique ne les utilisera plus. Le soutien civil est également très important. On constate une escalade dans ce conflit avec, par exemple, le déploiement de militaires nord-coréens ou la Chine qui ne fait plus beaucoup d'efforts pour cacher qu'elle est dans les faits un partenaire de l'agresseur russe.

Je pense que, plus que jamais, il est essentiel de montrer que nous sommes capables de continuer à soutenir l'Ukraine. Je crois que les Américains le feront, même s'il est difficile de le distinguer à l'heure actuelle, mais l'Europe doit continuer à répondre présente. Une négociation interviendra en temps opportun, car je suis convaincu que c'est par ce moyen que viendra la paix. Cependant, cette négociation ne pourra avoir lieu qu'aux conditions expresses que l'Ukraine soit dans une position forte et dise que le moment de négocier est venu. Cette paix devra être négociée avec les Ukrainiens et les pays européens.

Vous demandez quels sont les plans futurs. Une pièce maîtresse en est ce fonds de 45 milliards qui est en train de se mobiliser au niveau du G7 et dont la Belgique est un des concepteurs au point de vue technique. Je pense que nous devons continuer à soutenir les Ukrainiens et nous continuerons à le faire tant que nécessaire.

Benoît Lutgen:

Monsieur le premier ministre, je vous invite à poursuivre, à aller beaucoup plus fort, beaucoup plus vite dans cette volonté de soutenir l’Ukraine. C’est également notre liberté qui est en jeu, au-delà du soutien nécessaire sur le plan humain. Plus vite, plus fort! Et pour ceux qui ne voient cela que de façon froide, sur le plan budgétaire, si les investissements n’ont pas lieu maintenant pour aider l’Ukraine sur le plan militaire, dans quelques années, les montants pour défendre notre liberté européenne seront bien plus importants. En plus, nous aurions laissé tomber un peuple qui nous est proche. Je pense que les Polonais le comprennent mieux que nous, de par la proximité de la frontière. Nous paierions beaucoup plus cher, sur le plan budgétaire, la protection de notre liberté, de l’Europe et des valeurs qui s’y rattachent.

Voorstellen en Ontwerpen

De voorstellen en wetsontwerpen die besproken werden tijdens deze vergadering en de bijbehorende stemmingen.

(449)

Wetsontwerp houdende de eerste aanpassing van de Middelenbegroting voor het begrotingsjaar 2024

1 stemming

aangenomen

(450)

Wetsontwerp houdende de tweede aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2024

1 stemming

aangenomen

Wetsvoorstel (291)

Wetsvoorstel tot verlenging van de overgangsregeling voor de toepassing van het verlaagd btw-tarief van 6 % bij afbraak en heropbouw van een woning

1 stemming

Wetsvoorstel aangenomen

Wetsvoorstel (156)

Wetsvoorstel tot wijziging van het rubriek XXXVII van tabel A van de bijlage bij het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en diensten bij die tarieven, teneinde de overgangsperiodes voor projecten die in het nieuwe permanent stelsel niet meer in aanmerking komen voor het verlaagde tarief te verlengen

Wetsvoorstel zonder onderwerp

Wetsontwerp (416)

Wetsontwerp betreffende de openbaarmaking van duurzaamheidsinformatie door bepaalde vennootschappen en groepen en de assurance van duurzaamheidsinformatie

1 stemming

Wetsontwerp aangenomen

Wetsvoorstel (433)

Wetsvoorstel tot verlenging van bepaalde maatregelen voorzien in de wet van 20 november 2022 houdende maatregelen aangaande de personeelsschaarste in de zorgsector

1 stemming

Wetsvoorstel aangenomen

Stemmingen

Stemmingen niet gelinkt aan een voorstel/ontwerp.

Popover content